de koning met de paardenoren
de koning met de paardenoren tekst (bron digischool)
De koning met de paardenoren.
Koning Mark was een goede koning. Iedereen hield van hem. Maar hij had een geheim onder zijn kroon, een geheim dat hem van zijn stuk bracht. Hij had paardenoren.
De koning schaamde zich zó voor zijn oren dat hij ze altijd verborg onder zijn kroon.
Niemand wist van die oren, met één uitzondering. Dat was niet de koningin, zoals je misschien zou denken, maar iemand die soms heel dicht bij de koning kwam, het was……zijn kapper!
Eens per half jaar kwam de kapper de haren van de koning knippen en dan zag hij natuurlijk de paardenoren!
Maar koning Mark zei tegen de kapper:
Koning: Als je ook maar één woord over mijn oren zegt, laat ik je meteen onthoofden!
Nou wilde de kapper niet ’s ochtends onthoofd worden en ook niet ’s middags of welke tijd dan ook.
Maar met geheimen is iets vreemds aan de hand. Ze willen doorverteld worden en als dat niet gebeurt, dan leggen ze een knoop in je maag en zitten je de hele dag dwars. Als je een geheim dus niet wilt doorvertellen, dan wordt je ziek.
Dat overkwam de kapper ook. Hij kreeg zo’n afschuwelijke buikpijn dat hij wel naar de dokter moest.
De dokter bekeek zijn tong, voelde zijn pols en keek hem diep in zijn ogen.
Dokter: ik weet wat er met jou is. Jij hebt een geheim! Je moet het doorvertellen.
Kapper: Maar dat kan niet! Dan wordt ik onthoofd!
Dokter: Je moet het aan de grond vertellen.
Kapper: aan de grond?
Dokter: aan de grond.
De volgende dag verliet de kapper het kasteel, liep door de stad, over de velden en toen het bos in. Hij bleef maar lopen tot hij bij een kleine open plek kwam die werd doorsneden door een kleine waterstroom.
Dit is precies de goede plek om mijn geheim te vertellen dacht hij. Hij keek om zich heen om er zeker van te zijn dat niemand luisterde. Toen knielde hij op het gras en fluisterde:
Kapper: koning Mark heeft paardenoren
Kapper: koning Mark heeft paardenoren
Kapper: koning Mark heeft paardenoren
Hij sprong overeind en begon te dansen en te zingen:
Kapper: koning Mark heeft paardenoren
Kapper: koning Mark heeft paardenoren
Kapper: koning Mark heeft paardenoren
O, hij voelde zich veel en veel beter. Het was alsof er ene loden last van zijn schouders was afgenomen. De hele weg huppelend, dansend en springend ging hij terug naar het kasteel, zonder ook maar één keer aan het geheim van de koning te denken.
Maar de volgende dag waren op de plek waar de kapper zijn verhaal vertelde, een paar kleine frisgroene scheuten te zien. En ze begonnen te groeien en te groeien. Ze groeide de hele dag en de hele nacht, tot ze uitgegroeid waren tot sterke, rechte, mooie riethalmen, het mooiste tier van het hele land.
Een paar dagen later liep ene groep rondtrekkende muzikanten door het bos, op weg naar het kasteel van koning Mark. Ze stapten langs het bospad om even te rusten en hun brood met kaas te eten.
Een van hen liep wat rond en kwam bij het riet, het mooiste riet dat zij ooit gezien had.
Nu was zij de fluitspeelster van de groep, en maakte zij haar fluiten altijd van rietstengels. Daarom brak zij wat riet af en begon er een fluit van te maken.
Toen ze uitgerust waren, gingen ze weer op weg naar het hof van koning Mark.
Die avond hield de koning een banket. Uit het hele land kwamen de edellieden en hun dames naar het feest en de tafels kreunde onder alle dranken en gerechten. Na het eten was het tijd om te dansen.
Koningin: De fluitspeler, hier met de fluitspeler
Koningin: Het lievelingslied van de koning.
Muzikanten: Koning Mark heeft paardenoren
Muzikanten: Koning Mark heeft paardenoren
Muzikanten: Koning Mark heeft paardenoren
Koning: Gooi ze in de kerkers! Ik laat ze morgenochtend onthoofden!
Fluitspeelster: Majesteit, wij kunnen het niet helpen, de fluit is betoverd!
Koning: betoverd! Laat eens kijken.
Muzikanten: Koning Mark heeft paardenoren
Muzikanten: Koning Mark heeft paardenoren
Muzikanten: Koning Mark heeft paardenoren
Koning: breng mij de kapper!
De kapper vertelde de koning over de dokter en de open plek in het bos. En zo kwam het hele verhaal aan het licht.
En zodra het verhaal bekend was, was het natuurlijk geen geheim meer. Nu wist iedereen het.
Maar het vreemde was dat niemand erom lachte. En nog vreemder was dat het de koning niets kon schelen. Een grote last was van zijn schouders afgenomen: hij hoefde zich geen zorgen meer te maken over zijn geheim.
Ineens riep een van de gasten:
Gast 1: mogen wij uw oren zien?
Gast 2: Ja wij willen de paardenoren zien!
Koning: mijn oren?
Iedereen: ja!
Koning: goed dan!
De paardenoren waren nu voor iedereen te zien. De koning schreed door de zaal en iedereen begon te klappen.
En omdat hij de enige koning was met paardenoren en hij bovendien hún koning was, was iedereen trots op hem.
Tot slot zongen alle gasten, de muzikanten en de koning en de koningin een mooi lied over geheimen, om te vieren dat de koning nu geen geheim meer hoefde te bewaren.